Op dinsdag leerden we een gedicht over een zieke beer:
Beer, jij moet zo hoesten
en je keel doet zo'n pijn
Je neus zit vol snottebellen
Wat zou dat kunnen zijn?
Kom, ik zal je goed verzorgen
Ik kleed je lekker warm aan
En met dit toverdrankje
zal het snel weer beter gaan!
In de klas werden de hoeken aangepast aan het thema: de autohoek werd omgebouwd tot een ziekenhuis, de poppenhoek werd een dokterscabinet, de winkel werd een apotheker,...
Aan de tafels leerden we potjes vullen met medicijnen. We moesten kijken en tellen hoeveel stippen er op het bekertje stonden en dan met een "pincet" de "pilletjes" erin leggen...
Aan de kleitafel moesten we kleine pilletjes draaien, precies zoveel als er in een doosje pasten.
Aan de werktafel maakten we een groepswerk met gipsverband. We moesten het verband in stukken knippen, in water dompelen en op een plank kleven.
We schilderden een ziekenwagen helemaal geel en tekenden er dan een rode lijn en een rood kruis op.
We leerden ook "hoestflesjes" vullen en de begrippen vol, leeg, halfvol, bijna vol, meer, minder,...
De beker vullen precies tot aan de streep...
De dokterspraktijk werd druk bezocht...
En in het ziekenhuis was er ook veel bedrijvigheid...
Enkele dagen later was de gips droog en konden we het versieren. Hoe? Met spuiten en verf! Fun!
Op donderdag kregen we het bezoek van een echte verpleegster...
Ze leerde ons veel over wat ze eigenlijk allemaal moest doen in het ziekenhuis: verbanden leggen, wonden verzorgen, infusen steken, hartslag beluisteren,...
Donderdagnamiddag gingen we naar de apotheek. De apotheker gaf ons heel veel uitleg.
